Gedragsverandering Model: Hoe het Persuasive by Design model werkt

Wat is het gedragsverandering model en waarom is het belangrijk?

In dit artikel ontdek je:

✅ Wat het gedragsverandering model precies inhoudt en waarom het zo complex is
✅ Hoe het gedragsverandering model Persuasive by Design werkt en waarom het onderscheidend is
✅ Wat de vijf belangrijkste gedragslenzen zijn en hoe je ze toepast
✅ Hoe je gedrag kunt analyseren én beïnvloeden in elke fase van verandering
✅ Hoe je voorkomt dat gedragsverandering strandt na korte tijd
✅ Welke inzichten uit wetenschappelijk onderzoek dit gedragsverandering model onderbouwen
✅ Hoe je dit model toepast in de praktijk: van therapie tot beleid

Dit artikel geeft je praktische handvatten om gedrag te analyseren, interventies te ontwerpen én gedrag structureel te veranderen. Geen trucjes, maar een doordachte aanpak.

Gedragsverandering door persuasive by design model
Gedragsverandering door persuasive by design model

Gedragsverandering door het Persuasive by Design model – de kracht van gedragslenzen

Waarom is het zo moeilijk om gedrag écht te veranderen? Veel mensen herkennen het: je neemt je voor om gezonder te eten, dagelijks te bewegen, minder op je telefoon te zitten of eindelijk te stoppen met uitstelgedrag. In het begin gaat het goed. Je bent gemotiveerd, hebt duidelijke doelen en voelt je vastberaden. Maar dan—soms al na een paar dagen—valt het nieuwe gedrag weg. Oude gewoontes nemen het weer over. De goede voornemens vervagen. Wat blijft is frustratie en de vraag: waarom lukt het me niet?

Het antwoord is simpel én complex tegelijk: gedrag is niet puur een kwestie van wilskracht. Onze gedragingen worden in hoge mate bepaald door automatische patronen, impulsen, gewoontes, sociale normen, kennis, vaardigheden en de omgeving waarin we leven. Zelfs als je iets graag wilt en weet hoe het moet, betekent dat nog niet dat het ook lukt—laat staan dat het gedrag duurzaam wordt.

Om écht tot gedragsverandering te komen, is er dus meer nodig. Je moet het gedrag begrijpen in context, systematisch analyseren waarom mensen doen wat ze doen, en interventies ontwerpen die daar slim op inspelen.

Precies daarvoor is het Persuasive by Design gedragsverandering model ontwikkeld: een krachtig en praktisch model dat gedrag benadert vanuit verschillende invalshoeken, de zogenaamde gedragslenzen. Elke lens biedt een uniek perspectief op menselijk gedrag—van motivatie en gewoontes tot sociale dynamiek en zelfinzicht. Door deze lenzen bewust toe te passen, krijg je als professional grip op gedrag, en kun je interventies ontwerpen die niet alleen aanslaan, maar ook blijven werken op de lange termijn.

Of je nu werkt als fysiotherapeut, psycholoog, docent, beleidsadviseur of gedragsontwerper: het Persuasive by Design model helpt je om gedrag te veranderen op een duurzame manier. Het laat zien waarom sommige gedragsveranderingen falen, en waarom andere juist succesvol zijn. En belangrijker nog: het geeft je concrete handvatten om het verschil te maken—bij je cliënten, patiënten, studenten of inwoners.

In dit artikel nemen we je stap voor stap mee in de wereld van gedragslenzen. Je leert hoe het model werkt, hoe je de lenzen toepast en hoe je het gedrag van mensen kunt veranderen én bestendigen. Een diepgaande gids die je blik op gedrag voorgoed zal veranderen.

1. Wat is gedragsverandering en waarom is het zo lastig?

Veel professionals die met mensen werken, lopen op een gegeven moment tegen dezelfde uitdaging aan: hoe krijg ik iemand in beweging? Of het nu gaat om gezonder eten, vaker bewegen, beter communiceren, anders omgaan met stress of het aanpassen van leefstijl—gedragsverandering is vaak een kernonderdeel van de oplossing. Maar waarom is het zo moeilijk?

Gedrag is complex en contextafhankelijk

Gedrag is zelden een simpele keuze tussen goed en fout. Het ontstaat in een complexe wisselwerking tussen persoonlijke kenmerken, emoties, sociale invloeden, fysieke omgeving, gewoontes, kennis en motivatie. Het is sterk afhankelijk van de situatie waarin iemand zich bevindt. Wat iemand thuis lukt, faalt op het werk. Wat je in rust kunt toepassen, lukt niet onder stress.

Daarom is gedragsverandering zelden een rechte lijn van A naar B. Het is eerder een kronkelig pad vol terugvallen, herhaling, experimenteren en aanpassen. Deze complexiteit betekent dat generieke oplossingen of simpele adviezen vaak tekortschieten.

De rol van wetenschap: inzicht in gedragsverandering

Uit wetenschappelijk onderzoek naar gedragsverandering blijkt steeds opnieuw dat gedrag niet vanzelf verandert, zelfs niet als mensen weten wat beter is. Kennis helpt, maar is lang niet altijd doorslaggevend. Denk aan mensen die roken, ondanks dat ze weten dat het schadelijk is. Of cliënten die bewust stress herkennen, maar geen actie ondernemen om het te verminderen.

Onderzoekers onderscheiden verschillende factoren die gedrag beïnvloeden:

  • Motivatie (willen)

  • Capaciteit (kunnen)

  • Triggers of kansen in de omgeving (moment van doen)

  • Gewoontes en automatische patronen

  • Sociale normen en verwachtingen

  • Zelfinzicht en bewustwording

Effectieve gedragsverandering vereist dat je meerdere van deze factoren tegelijk beïnvloedt. En dat begint met een grondige gedragsanalyse: begrijpen waarom iemand bepaald gedrag vertoont.

1. De beperkingen van “kennis is macht” bij het veranderen van gedrag

In zorg, onderwijs en communicatie wordt vaak gedacht: als mensen maar weten wat goed voor ze is, dan zullen ze hun gedrag vanzelf aanpassen. Dit is de klassieke “kennis-is-macht”-aanpak. Maar de realiteit laat iets anders zien. Gedrag verandert niet alleen door informatie. Veel mensen weten al wat ze zouden moeten doen—maar doen het niet.

Waarom niet? Omdat weten niet hetzelfde is als willen, en willen niet hetzelfde is als doen. Daarbovenop komt dat gedrag vaak onbewust is, geautomatiseerd, en beïnvloed wordt door de omgeving.

Daarom is er behoefte aan modellen die verder kijken dan kennis en motivatie. Modellen die rekening houden met gewoontes, context, impulsen en sociale invloed.

Het Persuasive by Design gedragsverandering model biedt daarvoor een krachtig kader, waarin gedrag bekeken wordt vanuit meerdere invalshoeken—de gedragslenzen.

In het volgende hoofdstuk ontdek je wat dit model precies inhoudt en waarom het zo’n waardevolle aanvulling is voor iedereen die werkt aan duurzame gedragsverandering.

2. Het Persuasive by Design model: gedragsverandering via gedragslenzen

Gedrag veranderen is niet eenvoudig. Professionals in de zorg, het onderwijs, gedragscommunicatie of beleidsontwikkeling weten dat zelfs goed onderbouwde interventies vaak minder effect hebben dan gehoopt. Waarom is dat? Omdat gedrag zelden wordt beïnvloed door één oorzaak. Het is het resultaat van een complex samenspel van factoren. Hier biedt het Persuasive by Design model uitkomst—een krachtig en toepasbaar model dat het analyseren en beïnvloeden van gedrag eenvoudiger én effectiever maakt.

Het ontstaan en de achtergrond van het model

Het Persuasive by Design model is ontwikkeld door gedragswetenschappers en ontwerpers die één duidelijke missie hadden: het creëren van een praktisch en onderbouwd model om gedrag te begrijpen én positief te beïnvloeden in complexe omgevingen.

Het model is geïnspireerd op bestaande gedragsmodellen zoals COM-B, het Fogg Behavior Model en de theorie van geplande gedragingen, maar gaat een stap verder door de focus te verleggen van “één verklarende factor” naar een meervoudige lensbenadering. Daarmee sluit het aan op de realiteit van het werkveld: gedrag is gelaagd, dynamisch en contextueel. Het vraagt om een aanpak die net zo veelzijdig is als gedrag zelf.

Het Persuasive by Design gedragsverandering model is inmiddels breed toepasbaar gebleken—van het bevorderen van gezondheidsgedrag tot het verbeteren van communicatie in overheidsbeleid of het vergroten van therapietrouw in de zorg.

De rol van gedragslenzen in gedragsanalyse

Centraal binnen het model staan de zogenoemde gedragslenzen. Een gedragslens is een manier om vanuit een specifiek perspectief naar gedrag te kijken. Elk van deze lenzen richt zich op een ander aspect van menselijk gedrag—zoals gewoontes, motivatie, kennis, omgeving, of zelfinzicht.

In plaats van één oorzaak voor gedrag te zoeken, biedt het model gedragslenzen een methode om gedrag te ontrafelen. Je kijkt met verschillende brillen naar hetzelfde gedrag, en ontdekt zo wat mensen écht nodig hebben om hun gedrag te veranderen en vol te houden.

Een lens laat zien waar het knelpunt zit:

  • Wil iemand het wel, maar weet diegene niet hoe?

  • Kent iemand het gewenste gedrag, maar ervaart weerstand?

  • Zijn gewoontes sterker dan intenties?

Door deze perspectieven te combineren ontstaat er een rijk gedragsbeeld, wat essentieel is om effectieve gedragsinterventies te ontwerpen.

Waarom dit model werkt bij complexe gedragsvraagstukken

In tegenstelling tot modellen die zich richten op slechts één factor—zoals motivatie of kennis—werkt het Persuasive by Design gedragsverandering model met vijf samenhangende gedragslenzen. Daarmee biedt het een holistische benadering van gedragsverandering. Niet alleen willen en weten worden geanalyseerd, maar ook gewoontes, context, vaardigheden, waarneming en herhaling krijgen een plek.

Juist bij complexe gedragsvraagstukken—zoals leefstijlverandering, therapietrouw, preventieprogramma’s of gedragsverandering in publieke ruimtes—is deze gelaagdheid cruciaal. Denk aan cliënten die wel willen bewegen, maar geen vaste gewoonte hebben. Of aan mensen die weten dat ze gezonder moeten eten, maar in een omgeving leven waar fastfood de norm is. Dit zijn geen motivatieproblemen, maar systeemproblemen. Het model helpt je om deze dieperliggende oorzaken in beeld te brengen én er gericht op in te grijpen.

Het Persuasive by Design gedragsverandering model helpt je als professional om:

  • Gedrag in kaart te brengen zonder te vervallen in aannames

  • Patronen te herkennen die anders onzichtbaar blijven

  • Interventies te ontwerpen die aansluiten bij de echte drijfveren en belemmeringen van mensen

  • Gedrag niet alleen te veranderen, maar ook te verankeren

In het volgende deel van dit artikel maak je kennis met de vijf gedragslenzen. Elke lens biedt praktische handvatten, voorbeelden en inzichten om gedrag stap voor stap te begrijpen en te beïnvloeden.

3. Lens 1: Gewoontes & impulsen – gedrag veranderen onbewust

Gedrag is vaak minder bewust dan we denken. Veel van wat we dagelijks doen, gebeurt op de automatische piloot. We staan op, pakken onze telefoon, drinken koffie, reageren op e-mails—zonder dat we daar bewust voor kiezen. Dit is de kracht én de valkuil van gewoontes.

De gedragslens ‘Gewoontes en impulsen’ uit het Persuasive by Design model helpt om te begrijpen welk deel van gedrag automatisch verloopt en hoe dat gedrag beïnvloed kan worden. Deze lens is essentieel bij het analyseren van gedrag dat zich snel en zonder bewuste afweging herhaalt—zoals snaaien uit verveling, roken bij stress of het overslaan van beweging na een lange werkdag.

3.1 Automatisch gedrag herkennen

Automatisch gedrag ontstaat door herhaling in een stabiele context. Hoe vaker een handeling in dezelfde situatie plaatsvindt, hoe groter de kans dat die handeling uiteindelijk een gewoonte wordt. Zo ontstaat bijvoorbeeld de neiging om elke avond op de bank chips te pakken zodra de televisie aangaat. Niet omdat je honger hebt, maar omdat je brein dat patroon heeft opgeslagen als standaardreactie.

Impulsen werken op eenzelfde manier: het zijn snelle, vaak emotioneel gedreven reacties op een situatie. Denk aan het checken van je telefoon bij een notificatie, of het kopen van iets uit frustratie. Ook al wíl je eigenlijk iets anders doen, deze impulsen nemen het gedrag over—vaak nog vóór je er erg in hebt.

Waarom deze lens belangrijk is

Veel gedragsinterventies richten zich op bewuste keuzes, zoals het geven van informatie of het verhogen van motivatie. Maar bij gewoontes en impulsen werkt dat vaak niet. Je kunt mensen wel vertellen dat ze gezonder moeten eten, maar als ze automatisch naar suiker grijpen bij vermoeidheid, is er méér nodig dan kennis of wilskracht.

De kracht van deze lens zit in het zichtbaar maken van patronen die anders onbewust blijven. Het biedt mogelijkheden om gedrag subtiel te beïnvloeden door te sleutelen aan context, triggers en herhaling.

Gewoontes doorbreken in de praktijk

Let hierop bij het werken met de lens 'Gewoontes en impulsen':

✔️ Identificeer vaste triggers – Wanneer treedt het gedrag op? Denk aan tijd, locatie, emotie, mensen.
✔️ Onderbreek de routine – Verander kleine onderdelen in de context om het gedrag te verstoren.
✔️ Bied een alternatief aan – Vervang het automatische gedrag door een gezondere of constructieve handeling.
✔️ Werk met reminders of nudges – Visuele cues kunnen helpen om bewustzijn te creëren op het moment van keuze.
✔️ Herhaal en beloon – Gedrag verandert pas als het nieuwe gedrag even automatisch wordt als het oude.

Voorbeeld: Iemand die 's avonds zonder nadenken snoept voor de tv, kan geholpen worden door gezonde snacks klaar te zetten, op een andere plek te zitten, of een vaste reminder op zijn telefoon te krijgen. Niet door motivatie, maar door context slim aan te passen.

De lens ‘Gewoontes en impulsen’ helpt dus om gedrag niet alleen te begrijpen, maar ook op een realistische manier te beïnvloeden. In plaats van te vertrouwen op bewuste keuzes, speel je in op hoe gedrag werkelijk ontstaat—door herhaling, context en gemak. Daarmee leg je de basis voor duurzame gedragsverandering.

Lens 2: Weten en vinden

De tweede gedragslens, weten en vinden, draait om de kennis en percepties die de doelgroep heeft over het gewenste gedrag. Wat weet iemand eigenlijk over de voordelen, gevolgen en het belang van het nieuwe gedrag? Vaak is er sprake van een mix van feiten, misverstanden en overtuigingen die het gedrag beïnvloeden. Hierbij speelt ook de mate van bewustwording van gedragsverandering een grote rol: zonder voldoende inzicht in het waarom en hoe, is veranderen lastig. Weerstand kan voortkomen uit verkeerde aannames of onjuiste informatie, waardoor mensen blijven hangen in oude gewoonten. Daarom is het geven van heldere, toegankelijke en op de doelgroep afgestemde informatie cruciaal. Educatie helpt om de juiste kennis te verspreiden en negatieve overtuigingen te doorbreken. Het willen weten kunnen model benadrukt dat mensen eerst willen begrijpen (weten) voordat ze bereid zijn te veranderen (willen) en daadwerkelijk kunnen handelen (kunnen). Door deze lens scherp in te zetten, zorg je ervoor dat de doelgroep bewust wordt van het gewenste gedrag en gemotiveerd raakt om de volgende stap te zetten.

Checklist gedragslenzen: Lens 2 Weten en vinden

✔️Heeft de doelgroep voldoende kennis over het gewenste gedrag?

✔️Welke overtuigingen of misverstanden beïnvloeden hun houding?

✔️Is er sprake van weerstand door gebrek aan informatie of onjuiste percepties?

✔️Is de informatie helder, relevant en begrijpelijk voor de doelgroep?

✔️Wordt educatie ingezet om bewustwording gedragsverandering te vergroten?

✔️Ondersteunt de communicatie het willen weten kunnen model (weten → willen → kunnen)?

✔️Zijn de voordelen en gevolgen van het nieuwe gedrag duidelijk gecommuniceerd?

5. Lens 3: Zien en beseffen

Een belangrijke stap in gedragsverandering is het vergroten van zelfbewustzijn: het vermogen om je eigen gedrag te observeren en te herkennen. De lens zien en beseffen richt zich precies op dit proces van zelfobservatie en bewustwording. Vaak is gedrag zo vanzelfsprekend dat mensen het nauwelijks opmerken of evalueren. Door feedbacksystemen, zoals apps, dagboeken of directe terugkoppeling van een coach of therapeut, wordt het gedrag zichtbaar gemaakt en krijgt de persoon inzicht in patronen en triggers.

Nudging speelt hier ook een rol: subtiele prikkels of aanpassingen in de omgeving die iemand aanzetten om het gedrag te reflecteren zonder dat het als dwang voelt. Denk aan herinneringen op je telefoon om een pauze te nemen of een visuele teller die laat zien hoeveel stappen je vandaag hebt gezet. Dit helpt om onbewust gedrag bewust te maken en vormt daarmee de basis voor daadwerkelijke verandering. Zonder deze bewustwording blijft gedragsverandering vaak oppervlakkig en tijdelijk.

Checklist gedragslenzen: Lens 3 Zien en beseffen

  • Wordt het huidige gedrag op een begrijpelijke manier zichtbaar gemaakt?

  • Zijn er tools of methoden om zelfobservatie te stimuleren?

  • Wordt feedback regelmatig gegeven en ontvangen?

  • Maakt de omgeving het makkelijk om het gedrag te monitoren?

  • Wordt nudging toegepast om bewustwording te vergroten zonder druk?

  • Ondersteunt de feedback het inzicht in patronen en triggers?

  • Is er ruimte voor reflectie en evaluatie in het veranderproces?

6. Lens 4: Willen en kunnen

De lens willen en kunnen belicht de cruciale combinatie van motivatie en vaardigheden die nodig zijn om gedrag daadwerkelijk uit te voeren. Motivatie kan intrinsiek zijn, zoals een persoonlijke overtuiging of plezier in de activiteit, maar ook extrinsiek, bijvoorbeeld door beloningen of sociale druk. Zonder voldoende motivatie blijft gedragsverandering vaak uit.

Daarnaast is het belangrijk dat iemand de benodigde vaardigheden bezit en dat de omgeving de kans biedt om het gedrag uit te voeren. Een persoon kan wel willen stoppen met roken, maar als de sociale omgeving blijft roken, en er geen ondersteunende alternatieven zijn, wordt het lastig vol te houden. Ook psychologische barrières zoals faalangst of onzekerheid spelen hier een rol.

Het willen weten kunnen model benadrukt dit samenspel: mensen moeten eerst willen veranderen, daarna weten hoe ze dat kunnen doen, en vervolgens daadwerkelijk kunnen handelen binnen hun eigen context. Om effectief gedrag te veranderen, moet er dus zowel aan motivatie als aan capaciteiten en omgevingsfactoren worden gewerkt.

Checklist gedragslenzen: Lens 4 Willen en kunnen

  • Is er voldoende intrinsieke of extrinsieke motivatie aanwezig?

  • Beschikt de doelgroep over de benodigde vaardigheden?

  • Ondersteunt de omgeving het uitvoeren van het nieuwe gedrag?

  • Zijn psychologische barrières in kaart gebracht en aangepakt?

  • Wordt het willen weten kunnen model toegepast in interventies?

  • Zijn er voldoende kansen en mogelijkheden om te oefenen?

  • Wordt er gewerkt aan het versterken van zelfvertrouwen en eigen effectiviteit?

7. Lens 5: Doen en blijven doen

De laatste stap in het Persuasive by Design gedragsverandering model is misschien wel de belangrijkste: doen en blijven doen. Gedrag veranderen gaat niet alleen om het maken van goede voornemens of het leren van nieuwe vaardigheden, maar vooral om de vertaalslag te maken van intentie naar daadwerkelijk gedrag. Veel mensen hebben de intentie om gezonder te leven, meer te bewegen of minder te stressen, maar zonder concrete acties blijven die intenties leeg.

Herhaling en oefening zijn essentieel om nieuw gedrag te verankeren. Door het gedrag regelmatig te herhalen in verschillende situaties, wordt het steeds meer een automatische gewoonte. Bijvoorbeeld: iemand die wil stoppen met snoepen, kan starten met het vervangen van chips door fruit na het avondeten. Door dit iedere dag te doen, wordt het een nieuwe routine die het oude patroon vervangt.

Daarnaast is het belangrijk dat het gedrag wordt ingebed in de dagelijkse context. Als een nieuwe gewoonte niet past bij het dagelijkse leven of de sociale omgeving, is de kans groot dat het niet vol te houden is. Dit vraagt om het ontwerpen van interventies die aansluiten bij iemands leefwereld en die sociale steun bieden. Denk aan een beweeggroepje op het werk of een app die je herinnert om pauzes te nemen.

Kortom, de lens doen en blijven doen richt zich op duurzame gedragsverandering door oefenen, herhalen en het creëren van een omgeving waarin het nieuwe gedrag makkelijk vol te houden is.

Checklist gedragslenzen: Lens 5 Doen en blijven doen

  • Wordt gedrag regelmatig geoefend en herhaald?

  • Is het nieuwe gedrag ingebed in de dagelijkse routine?

  • Is er voldoende sociale of omgevingssteun om het gedrag vol te houden?

  • Zijn er hulpmiddelen (apps, reminders, beloningen) die het volhouden stimuleren?

  • Wordt terugval herkend en is er een plan om daarmee om te gaan?

  • Is het gedrag flexibel genoeg om in verschillende situaties toegepast te worden?

  • Wordt succes gevierd en beloond om motivatie te behouden?

8. Het Persuasive by Design model in de praktijk toepassen

Het Persuasive by Design model biedt een praktisch en krachtig raamwerk om gedrag duurzaam te veranderen. De vijf gedragslenzen – gewoontes en impulsen, weten en vinden, zien en beseffen, willen en kunnen, en doen en blijven doen – helpen om gedrag vanuit meerdere invalshoeken te analyseren en aan te pakken.

Een goede start is het zorgvuldig analyseren van gedrag via de vijf gedragslenzen. Zo krijg je inzicht in waarom iemand bepaald gedrag vertoont, welke barrières er zijn en waar interventies het meeste effect zullen hebben. Bijvoorbeeld bij leefstijlverandering kan blijken dat iemand wel weet wat gezond eten is, maar moeite heeft met het doorbreken van gewoontepatronen (lens 1) en onvoldoende zelfinzicht heeft in eetmomenten (lens 3).

Door de lenzen te combineren, vergroot je de impact van interventies. Denk aan een coach die niet alleen voorlichting geeft (lens 2), maar ook helpt met het ontwikkelen van vaardigheden (lens 4), het stimuleren van bewustwording (lens 3) en het creëren van een ondersteunende omgeving (lens 5).

In de praktijk zien we ook veelgemaakte fouten, zoals te veel focussen op alleen motivatie zonder te werken aan vaardigheden of omgeving, of het negeren van onbewuste gewoontes. Door het model te gebruiken voorkom je deze valkuilen en ontwerp je interventies die écht aansluiten bij de behoefte van mensen.

Kortom, het Persuasive by Design model helpt professionals in zorg, onderwijs en communicatie om gedrag effectief te veranderen én te bestendigen, met duurzame resultaten.

Praktijktips voor succesvolle toepassing

  • Begin altijd met een gedegen gedragsanalyse via de vijf lenzen.

  • Combineer interventies die meerdere lenzen tegelijk aanpakken.

  • Maak gebruik van feedback en meet regelmatig voortgang.

  • Betrek de omgeving en sociale context actief bij gedragsverandering.

  • Wees realistisch over terugval en ontwikkel herstelstrategieën.

  • Zorg voor heldere communicatie die aansluit bij de belevingswereld van de doelgroep.

9. Wetenschappelijk onderzoek gedragsverandering en de basis van het model gedragslenzen

Het Persuasive by Design gedragsverandering model is geen losse theorie, maar stevig verankerd in wetenschappelijk onderzoek en bestaande gedragswetenschappelijke modellen. Het bouwt voort op bekende theorieën zoals het COM-B model, dat gedrag ziet als een samenspel van capaciteiten (capability), motivatie (motivation) en omgeving (opportunity). Ook sluit het aan bij het Fogg Behavior gedragsverandering Model, dat benadrukt dat gedrag ontstaat wanneer motivatie, bekwaamheid en triggers samenkomen.

Deze onderbouwing maakt het model niet alleen praktisch, maar ook betrouwbaar en effectief in diverse settings. Zo wordt het toegepast in de gezondheidszorg om therapietrouw te verbeteren, in preventieprogramma’s om leefstijlverandering te stimuleren en in beleidsontwikkeling om gedragsdoelen te behalen.

Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat het combineren van meerdere gedragslenzen leidt tot een grotere kans op succesvolle en duurzame gedragsverandering. Dit bevestigt dat een integrale aanpak, waarin kennis, motivatie, vaardigheden en omgeving samen worden meegenomen, cruciaal is.

Wetenschappelijk onderzoek gedragsverandering samenvatting

  • Gedragsverandering vraagt om het beïnvloeden van meerdere factoren tegelijk (COM-B).

  • Automatische processen en gewoontes zijn krachtig en moeten bewust worden aangepakt.

  • Feedback en zelfmonitoring vergroten bewustwording en betrokkenheid.

  • Motivatie en vaardigheden zijn allebei essentieel om gedrag vol te houden.

  • Context en sociale omgeving bepalen mede het succes van interventies.

10. Conclusie: Gedrag veranderen vraagt om lenzenwerk

Gedragsverandering is complex en vraagt om een veelzijdige aanpak. Het Persuasive by Design model laat zien dat je gedrag het beste kunt begrijpen en beïnvloeden door verschillende gedragslenzen te combineren. Deze lens-gebaseerde aanpak helpt professionals om niet alleen te focussen op wilskracht of kennis, maar ook op onbewuste patronen, zelfinzicht, motivatie, vaardigheden en de omgeving.

Door het model toe te passen, ontwerp je interventies die aansluiten bij de echte drijfveren en belemmeringen van mensen. Hierdoor wordt gedragsverandering haalbaarder, effectiever en vooral duurzaam. Of je nu werkt in de zorg, het onderwijs, beleidsontwikkeling of coaching: het model biedt een solide fundament voor succesvol gedragsontwerp.

Wil je gedragsverandering écht laten slagen? Begin dan met lenzenwerk. Kijk met verschillende brillen naar gedrag, ontdek waar het écht knelt en werk vanuit die inzichten. Zo maak je het verschil – vandaag en in de toekomst.

Oproep tot actie

  • Pas het Persuasive by Design model toe in je dagelijkse praktijk.

  • Analyseer gedrag vanuit de vijf lenzen voordat je interventies kiest.

  • Combineer kennis, motivatie, vaardigheden en omgeving in je aanpak.

  • Blijf leren en evalueren om gedragsverandering duurzaam te maken.

FAQ: Veelgestelde vragen over gedragslenzen en gedragsverandering

1. Hoe helpt het Persuasive by Design model bij gedrag veranderen?
Het Persuasive by Design gedragsverandering model biedt een gestructureerde aanpak door gedrag te analyseren via vijf gedragslenzen. Dit helpt professionals om interventies te ontwerpen die aansluiten bij motivatie, gewoontes, kennis, vaardigheden en omgeving. Zo wordt gedragsverandering effectiever en duurzamer.

2. Wat is het verschil tussen motivatie en gedragsvaardigheid?
Motivatie gaat over het willen veranderen, terwijl gedragsvaardigheid (kunnen) verwijst naar de vaardigheden en mogelijkheden om nieuw gedrag uit te voeren. Beide zijn essentieel om gedrag blijvend te veranderen, zoals het model ‘willen weten kunnen’ ook benadrukt.

3. Kun je gedragslenzen ook toepassen bij kinderen of cliënten met stress?
Ja, gedragslenzen zijn breed toepasbaar. Bij kinderen helpt het om gedrag begrijpelijk te maken via observatie en beloning. Bij cliënten met stress kunnen lenzen zoals ‘zien en beseffen’ en ‘willen en kunnen’ helpen om zelfinzicht en vaardigheden te vergroten, wat stress vermindert.

4. Waarom lukt het mensen vaak niet om gedrag te veranderen, ondanks dat ze het willen?
Dat komt doordat gedrag niet alleen bepaald wordt door wilskracht. Automatische gewoontes, onjuiste kennis, sociale invloeden en omgevingsfactoren spelen een grote rol. Het Persuasive by Design gedragsverandering model helpt deze complexiteit te doorgronden en gericht aan te pakken.

5. Hoe kan ik zelf aan de slag met gedragslenzen in mijn werk?
Begin met het analyseren van gedrag via de vijf lenzen: gewoontes en impulsen, weten en vinden, zien en beseffen, willen en kunnen, en doen en blijven doen. Combineer inzichten om interventies te ontwerpen die echt aansluiten bij je doelgroep. Regelmatige evaluatie helpt bij duurzame resultaten.

Ben je benieuwd hoe je deze inzichten zelf kunt toepassen in therapie, onderwijs of coaching? Of wil je dieper duiken in de achterliggende principes van gedragsverandering? Op psychosomatischefysio.nl vind je meer informatie over wat gedragsverandering precies is, hoe bijvoorbeeld ACT en het gedragsverandering modelsamenkomen in de praktijk, en welke rol stress en gewoontes spelen in ons dagelijks handelen.

Gedragsverandering model persuasive by design
Gedragsverandering model persuasive by design
Lens 5 gewoontes en impulsen - persuasive by design
Lens 5 gewoontes en impulsen - persuasive by design
Lens 4 willen en kunnen - persuasive by design
Lens 4 willen en kunnen - persuasive by design
Lens 5 doen en blijven doen - persuasive by design.
Lens 5 doen en blijven doen - persuasive by design.
Lens 3 zien en beseffen - persuasive by design
Lens 3 zien en beseffen - persuasive by design